Wie had kunnen denken dat De Poth ooit niet alleen brood maar ook poffertjes zou schaffen? Het bewijs werd zaterdag 6 juni geleverd, een datum dichtbij 8 juni 1447: de oorsprong van onze eeuwenoude instelling. Corona zette een streep door de traditie om met bewoners en (oud)regenten onze (553e!) verjaardag in de Celzusterenzaal te vieren. De gebruikelijke koffie, iets lekkers, muziek, culturele bijdrage en stichtelijk voorzitterswoord kreeg nu een buiten-gewoon tintje. In een grote anderhalve-meterkring rondom de zonnewijzer kreeg collegevoorzitter Opstelten alle aandacht. Hij benadrukte ondermeer de relatieve betekenis van “anderhalve meter”:
“Is anderhalve meter veel? Met ons gezin hebben we een aantal jaren in Afrika gewoond… duizenden kilometers van onze familie. En er was geen telefoon, we konden niet appen of beeldbellen. Dát was pas ver en dan lijkt anderhalve meter niets. Maar… als je dierbare in een verpleeghuis zit en je alleen maar door het raam naar elkaar kunt zwaaien? Of als iemand verdriet heeft en je een arm om hem heen zou willen slaan? Of – uit blijdschap – een verjaardagszoen zou willen geven? Dán is anderhalve meter een hele gróte afstand…
Dat voelen wij ook in dit hofje. Iedereen woont hier op gepaste afstand van elkaar, ieder heeft zijn eigen privacy, maar voor velen is dit hofje ook een kleine gemeenschap waarin mensen samenleven en omzien naar elkaar. Ook het bevorderen dáárvan vinden we een belangrijke taak van onze stichting.”
En natuurlijk was er koffie en ook muziek, ditmaal verzorgd door fluitende vogeltjes en later door een heus draaiorgel. En de culturele input en ‘iets lekkers’ werd nu samengebracht in een oud-hollandsche poffertjeskraam die een eindeloze stroom poffertjes produceerde. Alles geregeld door het trio Jaap Bodd, Patty Offringa en Esther de Kort dat ook het traditionele rozijnenbrood niet was vergeten. Hulde!
